Zondag 22 juli : Trein & fiets uitstap naar Genk. Bezoek Manifesta 9!
Ik heb me door Diane laten overhalen om mee te gaan met het Masereelfonds.
We vertrekken met de trein van 6u35 naar Genk, bij aankomst om 9u15 ophaling van onze gehuurde fietsen en op weg naar Waterschei.
De mijn van Waterschei is
verbonden met de figuur van André Dumont, Belgisch geoloog en mijnbouwkundige.
Het is één van de zeven mijnen van het Kempens
steenkoolbekken.
In 1909 werd te Waterschei begonnen met de
boringen. Deze boringen waren technisch moeilijk omwille van het grote gevaar
op waterdoorbraak en pas in 1921 werd de eerste kolenlaag op een diepte
van 658 meter bereikt. De steenkoolproductie startte in 1924. De
heidegronden waren ideaal om een volledige site rond de mijn te ontwikkelen. De
aanleg van de cites (tuinwijken) startte in 1914 maar werd stopgezet tijdens de
Eerste WO en pas in 1925 hervat. Zij werden gebouwd in de typische
Engelse cottagestijl. Om het vele werk te kunnen uitvoeren werden gastarbeiders aangetrokken. De mijnen waren echter zwaar verlieslatend en als gevolg hiervan
werd de mijn van Waterschei gesloten in 1987.
De mijnterreinen werden met
behoud van het hoofdgebouw (in 1993 geklasseerd als beschermd monument) en de schacht, omgevormd tot een wetenschapspark en hoogwaardig bedrijventerrein.
De hoofdreden van ons bezoek was de biënnale van Manifesta 9! voor de eerste keer in één enkele site ingericht.
Manifesta is ontstaan aan het begin van de jaren 90 als reactie op politieke, economische en sociale veranderingen na het einde van de Koude Oorlog en de daaropvolgende stappen richting Europese integratie. Sinds die tijd heeft Manifesta zich ontwikkeld tot reizend platform voor beeldende kunst gericht op de dialoog tussen kunst en samenleving in Europa. Manifesta is uitgegroeid tot een flexibele en mobiele structuur, welke in staat is om voortdurend te veranderen en zichzelf opnieuw uit te vinden. Voor iedere editie van Manifesta word een nieuwe curator of team van curatoren aangesteld die op hun beurt kunstenaars van over de hele wereld uitnodigen om deel te nemen aan de Biënnale.
Curator Cuauhtémoc Medina (Mexico-City) ontwikkelde een
concept voor Manifesta 9 dat inspeelt op de sociale en maatschappelijke impact
van het recente mijnverleden in Limburg. Uniek voor deze editie van de biënnale
is dat er voor de eerste keer in de geschiedenis van Manifesta niet uitsluitend
een internationale, toonaangevende selectie van hedendaagse
kunst
zal worden getoond. De tentoonstelling zal daarnaast ook een indrukwekkende
verzameling historische kunstwerken presenteren, alsook het in de regio rijk bewaarde mijn-erfgoed op een
verrassende, innovatieve manier voorstellen aan zowel het lokale als
internationale publiek.
De
tentoonstelling The Deep of the Modern zal als een drieluik worden
gepresenteerd. Voor het eerste luik worden een 40-tal internationale
hedendaagse kunstenaars uitgenodigd om vanuit de lokale context nieuw werk te
maken, dat de lokale thematiek linkt aan globale issues. Het kunsthistorisch luik geeft een
overzicht van kunstwerken van 19de en 20ste eeuw die de impact van de
steenkoolindustrie tot onderwerp hebben. Het derde luik focust op het uitgebreide
erfgoed dat
de mijnindustrie Limburg heeft nagelaten.
Bidkleedjes van Turkse gastarbeiders 1950-1960 |
Rocco Granata was hier veryegenwoordigd met zijn scooter en jukebox.
Durán (zelf ex-mijnwerker) gebruikt ruwe, alledaagse 'banale' materialen zoals aardappels in zijn sculpturen.
De collectie "livrets des ouvriers" van het Ecomusée in Bois-du-Luc is een waardevolle bron van archiefmateriaal over het leven en werk van mijn werkers in de 19e eeuw, waaronder veel vrouwen en kinderen.
De "Bolivian Coal Line" (1992) van Richard Long |
Christian Boltanski's installatie van oude tinnen blikken (volgens Regine blikken van soldatenkoeken ?) is bedekt met de foto's en registratienummers van de mijnwerkers die vroeger werkjzaalm waren in de steenkolenmijn van Grand Hornu, nu het terrein van het MAC's (Musée des Arts Contemporains)
Voor dit kunstwerk "Para-Production" liet Ni Haifeng enkele tonnen textielresten aan elkaar naaien, zodat er een groot, massief, nutteloos obkect ontdtond, waarmee hij het productieproces belangrijker maakjte dan het eindproduct. Er staan naaimachines waar de bezoekers stukken kunnen samenstellen.
Plastic Reef van Maarten Vanden Eynde (geb. 1977 in Leuven) |
Toen hij hoorde dat er een grote 'drijvende stortplaats' van plastic rommel ronddobberde over de Stille Oceaan, haalde Vanden Eynde honderden kilo's van dat afvalmateriaal op en smolt het om tot Plastic Reef.
Na een bar-slechte lunch, maar gelukkig was het mooi weer om buiten te zitten, fietsen we naar een andere mijnsite,
Winterslag, die een nieuwe invulling gekregen heeft.
C-mine is een toeristische trekpleister in en rond de voormalige mijngebouwen van Winterslag.
De C-mine site is gebouwd op de fundamenten van de mijn van Winterslag. Op deze site vind je nieuwe architectuur tussen het bestaande industriële erfgoed.
C-mine is een inspirerende plek die voor iedereen wat te bieden heeft.
Het is de ideale uitvalsbasis om de stad en haar mijnverleden te verkennen.
Elza |
Men kan er het werk van
Sofie Muller bewonderen.
Tristan |
Onze geplande fietstocht blijkt heel wat langer te zijn dan voorzien en wordt een echte race tegen de tijd om de trein om 17u41 te halen.
Wij rijden het laatste stuk zeker wel aan 25 km p/u en halen het.
Een mooie dag die wel wat chaotisch eindigt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten